Bouwen voor de toekomst, niet voor de sloop

Duurzaamheid begint bij de levensduur van een gebouw. Binnen de bouwsector praten we veel over deze duurzaamheid, maar bouwen we nog alsof alles tijdelijk is.
Architect Bart van Kampen, De Zwarte Hond, en planontwikkelaar Paul van Doorn, Kiepers, pleiten in de podcast ‘Doorbrekers in de bouw’ voor een andere benadering. We moeten niet alleen biobased, maar vooral toekomstbestendig gaan bouwen. Dit betekent bouwen met minder materiaal en meer oog voor de lange termijn.
“Een gebouw moet een monument van de toekomst worden”
Dat is de kernboodschap van Paul. Hij stelt dat niet alles draait om het materiaal, maar om de vraag: hoe lang gaat een gebouw mee? Een houten gebouw dat na twintig jaar alweer verdwijnt, is minder duurzaam dan een betonnen gebouw dat tweehonderd jaar blijft staan. “We willen eigenlijk gebouwen maken die in de toekomst nooit meer hoeven te worden afgebroken.” De echte verduurzaming begint bij ontwerpkeuzes: bouw je iets dat mooi blijft, dat mensen willen onderhouden, of dat flexibel is in gebruik? Want schoonheid is ook duurzaam: wat we waarderen, behouden we. “Als we ergens van houden, dan zorgen we er heel goed voor,” aldus Paul.
Ook Bart pleit voor ontwerpen die langdurige waarde hebben en geworteld zijn in hun omgeving. Wat legitimeert een gebouw op een bepaalde plek? Hij stelt dat gebouwen moeten kloppen qua functie, vorm en gevoel. Zo hebben gebouwen een blijvende waarde, in plaats van tijdelijk neergezette constructies zonder binding met de plek of bewoners.
De rol van de opdrachtgever, en van de keten
Zowel Bart als Paul zijn eensgezind: de grootste hefboom voor verandering ligt bij de opdrachtgever. “De opdrachtgever moet het eigenlijk al willen,” stelt Bart. “Misschien zelfs nog eerder de investeerder of belegger, degene die het geld heeft.” Als men die duurzaamheid niet op één zet, gebeurt er weinig. Tegelijkertijd ligt er volgens Paul ook een duidelijke taak bij de markt zelf: “Als de overheid het niet doet, dan moeten wij het doen. Wij ontwerpen en bouwen duizenden woningen per jaar. Dan zijn wij dus ook verantwoordelijk voor de CO₂-uitstoot.”
Die verantwoordelijkheid uit zich ook in hoe je bouwt voor de toekomst. “Als je een gebouw als architect ontwerpt, dan moet je eigenlijk ook nadenken over wat er met een gebouw gebeurt,” zegt Paul. “Dus: kan dat gebouw ook een andere functie krijgen?” Om sloop te voorkomen, moeten gebouwen demontabel en aanpasbaar zijn, en daarmee slimmer in gebruik.
Ook het gebruik van gebouwen vraagt om een andere benadering. In plaats van alles individueel op te lossen, zouden we meer voorzieningen kunnen delen. Bart noemt dat als voorbeeld: “Waarom moet iedereen een eigen wasmachine hebben die van de zeven dagen in de week bij een klein huishouden één keer per week een wasje doet?”
De grote bottleneck: systeemdruk
Toch komen dit soort ideeën lang niet altijd van de grond. Volgens Bart zitten we gevangen in meerdere systemen: complexe regelgeving die duurzaamheid soms onbedoeld afremt. Daarnaast blijft de bouwsector hangen in een economisch model waarin korte termijn en financiële efficiëntie centraal staan: “We zitten gevangen in het Excel-denken.”
De energietransitie laat zien dat het ook anders kan, zolang de juiste voorwaarden worden gecreëerd. “Wij hebben als nieuwbouwers de energietransitie redelijk doorlopen,” zegt Bart. “We zijn eigenlijk nieuwbouwklaar voor het doel van 2050, gasloos, energiezuinig, dat hebben we allemaal opgelegd gekregen, en het is ons gelukt.” Mede dankzij duidelijke voordelen: “Als ik een huis koop en het is energiezuinig, krijg ik gewoon veel meer hypotheek.”
Maar diezelfde voordelen ontbreken nog bij circulair bouwen. Volgens Paul en Bart is juist daar meer urgentie en actie nodig: “We moeten niet wachten tot het water letterlijk aan onze lippen staat,” zegt Paul, die kritisch is op de respons: “Dan wordt men pas wakker.”
Anders denken
De bouwsector staat voor een structurele verduurzamingsopgave. Minder CO₂ en materiaalgebruik bereiken we niet alleen met nieuwe technologieën of materialen, maar begint bij anders denken. Door te ontwerpen voor de lange termijn, slimmer om te gaan met bestaande grondstoffen en gebouwen aanpasbaar en collectiever te maken, ontstaan oplossingen die echt houdbaar zijn. Projecten zoals Casa Vita tonen aan dat het kan: circulair bouwen met karakter, comfort en toekomstwaarde.
Doorbrekers in de bouw is een podcastserie van VBI over slimmer en duurzamer bouwen. Benieuwd hoe Bart en Paul hun visie op toekomstbestendige appartementenbouw verder toelichten? Bekijk de volledige aflevering via YouTube of luister via Spotify.