Innovatie geïnspireerd op de natuur
![](/media/sslfolcw/visual_biomimicry_vbi.jpg?rxy=0.6554315297996043,0.313599416638683&width=100&v=1db507f311c5290)
De natuur kent geen materiaalobesitas
Saskia van den Muijsenberg is oprichtster en directeur van biomimicryNL, een organisatie die een breed publiek wil inspireren om te leren van de natuur en haar organismen – en vervolgens toepassen. Wat kunnen wij hiervan leren en beter nog, hoe passen we die kennis toe? Tijdens het meest recente KetenKracht-evenement sprak zij over de natuur in relatie tot materiaalobesitas. Er bestaan immers al duizenden jaren uitstekende voorbeelden van duurzame modellen om ons heen – waarom zouden we het wiel opnieuw uit moeten vinden?
Hoe nu verder?
In productiesectoren beginnen we steeds vaker tegen grenzen en limieten aan te lopen. Denk bijvoorbeeld aan beperkte voorraden van grondstoffen. “Er ontstaat steeds meer die bewustwording dat oneindige groei gewoonweg niet kan”, legt Van den Muijsenberg uit. “We moeten dit een halt toeroepen, maar hoe? Groei is niet altijd beter. Neem nu AI – je kunt er van alles mee, maar is het ook nodig? We moeten bewust omgaan met de ecologische voetafdruk van digitalisering.”
Veel van dit klinkt logisch, maar het ontbreekt vaak aan die ‘next step’ – de vraag ‘hoe nu verder?’ – en mensen die dit oppakken. “We zijn er nog onvoldoende mee bezig”, hervat Saskia. “Niet alleen op maatschappelijk niveau, maar bijvoorbeeld ook in de bouwsector. Sommige problemen zijn op te lossen met oplossingen die al duizenden jaren bestaan in de natuur. We kunnen nog veel leren van de rest van de natuur.” Dat is waar biomimicryNL om de hoek komt kijken.
Leren van de natuur
In de natuur bestaan diverse structuren die vederlicht zijn, maar toch supersterk. “De honingraatstructuur is hier een goed voorbeeld van”, weet Saskia. “Door optimaal materiaalgebruik doet dit precies wat je wilt, zonder overdaad. Of een voorbeeld dichterbij: onze eigen benen. Een stevige structuur, bestaande uit meerdere onderdelen, die meebewegen om trillingen op te vangen. Eenzelfde principe wordt toegepast om bruggen bestand tegen aardbevingen te maken.”
Maar er is ook nog genoeg innovatie in de natuur te vinden waar we helemaal niets mee doen, of nog te weinig. De temperatuurregulatie en ventilatie van termieten bijvoorbeeld. “De zogenaamde termietenheuvels maken gebruik van natuurlijke materialen en organische vormen om te zorgen voor een goede doorstroom van lucht”, legt Saskia uit. “Neem nu de manier waarop wij leidingen leggen. We werken veel met 90-graden hoeken, maar de natuur kent dat niet. Ook de manier waarop wij bouwen laat zien dat we daarin de natuur onvoldoende meenemen. We denken nog niet na over hoe een gebouw positief kan bijdragen aan de leefomgeving, terwijl bijvoorbeeld een bos dat wel doet – dat filtert de lucht, houdt grondwater vast, en absorbeert CO2 . Ik denk daarom dat we in de toekomst meer ‘installatieloos bouwen’ gaan zien, waarin je beter gaat kijken naar multifunctioneel design ten behoeve van materiële besparing, door net zoals de natuur meerdere functies tegelijkertijd te vervullen.”
Natuur kent geen materiaalobesitas
Kortom, de natuur is efficiënt in materiaalgebruik. Wat dat niet is, is materiaalobesitas. Of, zoals Saskia het definieert, ‘ongezond veel gebruiken om een functie voor elkaar te krijgen’. “De naam obesitas heeft een negatieve connotatie; iets
ongezonds”, zegt ze. “In de natuur ken je dat eigenlijk niet. De natuur optimaliseert meerdere functies en is alleen maar bezig met effectiviteit, terwijl de mens te vaak maximaliseert op één functie. Denk aan elektrificatie – alles moet tegenwoordig automatisch. Leuk dat je je gordijnen met een afstandsbediening kunt dichtdoen, maar je hebt wel weer een extra plastic ding in huis. Is dat nodig?”
Door bestaande wet- en regelgeving is nieuw vaak makkelijker dan hergebruik. “Kijk naar vogelnesten, of de schelpen van heremietkrabben, voor simpele voorbeelden van hergebruik”, licht Saskia toe. “Hier kunnen wij nog wel een les van leren: namelijk dat hergebruik veel makkelijker wordt als je bij productie en ontwerp rekening houdt met circulariteit en modulariteit. Of dat je geen giftige lijmstoffen gebruikt, die hergebruik alleen maar bemoeilijken, maar dat je zoekt naar een natuurlijke oplossing.”
Beter kijken naar de natuur
Saskia verwacht dat we in de toekomst nog veel meer bio-based bouwen gaan zien. “Je ziet dat landbouw al veel meer bezig is met natuurlijke materialen”, zegt ze tot slot. “Oftewel, materialen die makkelijk terug te brengen zijn in de kringloop. Als je naar de bouw kijkt, dan kun je zeggen dat remontabel bouwen ook aan het criterium van herbruikbaarheid voldoet.
“Waar het op neerkomt is dat wij mensen behoorlijk onaangepast leven. We doen nog te veel dingen onhandig. Als we naar de natuur kijken, dan zien we dat het anders kan. Dus waarom doen we dat nog niet?” Sluit Saskia af. De natuur daagt de bouwsector uit.